1 of 13

Een Kind van Klei en andere (moeizame) kinderwensen

9 oktober 2024 In de kijker

Benjamin Leroy is een Limburgse kinderboekenillustrator met onder meer De Blauwe tegen de Rooien, De Zuurtjes, Plasman en Suzie Ruzie op zijn palmares. Met Een Kind van Klei waagde hij zich aan zijn eerste graphic novel, een stripdebuut dat kan tellen. Het verhaal over vruchtbaarheidsbehandelingen is los gebaseerd op zijn eigen ervaringen. Tegelijk is het album een ode aan de fantasie, de vriendschap en natuurlijk ook... de liefde!  Het is een van de meest aangrijpende verhalen van de laatste jaren. Koen Driessens verdiepte zich in Leroys carrière en zijn album. Daarna staan we even stil bij andere stripverhalen met kinderwensen die niet altijd van een (k)leien dakje gaan.

Van prentenroman tot graphic novel

Een “satanisch” boek, vond in 2010 een zuurpruim bij de Stichting Bijbel & Onderwijs (“In dit boek heerst de duisternis”) over het Roald Dahlig-grappige kinderboek De Zuurtjes van Jaap Robben en Benjamin Leroy. Die laatste schept er een duivels genoegen in daarmee op te scheppen op zijn website. Niet in het minst onder de indruk van dit “duidelijke voorbeeld van het gevaar van fantasie” bleef de uit Neerpelt (1980) afkomstige illustrator ook daarna nog fantasierijke kinderboeken afleveren. 

Elastische stijl

Hij begon daarmee omstreeks 2003, pas afgestudeerd aan de PXL en met zijn lief Merel Eyckerman — ook illustratrice — naar Antwerpen verhuisd. Aanvankelijk met covers voor jeugdboeken, later ook non-fictie voor kinderen en uiteindelijk "prentenromans", vooral in samenwerking met de eerder genoemde satanist Robben. Leroy kenmerkt zich al meteen met een tegelijk hoekige en elastische tekenstijl, waarbij hij verschillende technieken (potlood, pen, collage…) hanteert. Na opdrachten voor Davidsfonds (Met de Kont tegen de Krib, Schilders en Spionnen…) en Lannoo (Sebas de Zeerover Ziet de Wereld Half, Een Afspraakje in het Bos) steekt hij de Moerdijk over (bij Gottmer: de Suzie Ruzie-reeks en Plasman, bij De Geus: Zullen we een Bos Beginnen?) en wordt vaste klant bij de West-Vlaamse prentenboekenspecialist De Eenhoorn (Een Wereld voor Mus, Niemand en ik, De Reus van Teus). 

Pieter van Oudheusden

Bij De Eenhoorn kreeg Leroy tweemaal de kans een verhaal te illustreren van Pieter van Oudheusden, bij stripliefhebbers bekend als scenarist (onder andere voor Jeroen Janssen), vertaler en Jacques Tardi-kenner. Het Eiland achter de Horizon leert de jonge lezer op een apeneiland dat klein ook fijn kan zijn. De Jacht op de Sabeltandtijger, dat verscheen na het overlijden van Van Oudheusden, is een prehistorische ode aan de verbeelding en tekenkunst.

Dit vrolijke en kleurrijke kijkboek vol maffe details is inmiddels tien jaar oud, maar doet met zijn elastische holbewoners en fantasierijke omgeving al stripachtig aan. Ook Leroys recentste en eerste zelf geschreven ridderverhaal De Blauwen tegen de Rooien (Gottmer), dat met de vier kleuren van een vierkleurenbalpen getekend is, is een prentenboek dat getuigt van een gevestigde huisstijl én van rijp te zijn voor een eerste graphic novel.

Troostverhaal

Die kwam er niet vanzelf. Net zoals Merels en Benjamins zoon Rien, geboren in 2012 na een intensieve vruchtbaarheidsbehandeling. Leroy, die uit een gezin van vijf broers kwam, moet (tot op vandaag) wennen aan het idee het te moeten houden op één kind vanwege het zware fertiliteitstraject. Met hun ervaringen in het achterhoofd groeide vijf jaar later het idee voor een prentenboek over mensen van klei die alles zelf boetseren, tot hun eigen kind toe, dat echter maar niet tot leven wil komen. Net zoals het boek zelf, dat — hoewel uitgeverij Gottmer het enthousiast een "troostverhaal" noemde — vastraakte in de vormgeving. Tijdens de coronapandemie kreeg Leroy het idee het kleimensenverhaal te vermengen met zijn eigen fertiliteitsbelevenissen (en die van anderen). 

Zo groeide het boek als een raamvertelling over illustrator Ben en zijn vrouw Mia, die een cadeauwinkeltje en een kinderwens heeft, en hun haast eindeloze intracytoplasmatische sperma-injectiebehandelingen, waarbij Ben tegelijk het verhaal over de kleimensen bedenkt. Dat fungeert als allegorie voor hun eigen vruchtbaarheidsproblemen.

Midden 2021 begon Leroy, aangemoedigd door het geïnteresseerde Standaard Uitgeverij, zijn storyboard uit te werken. De aanvankelijk nog erg kinderboek-aandoende hoofdpersonages Ben en Mia kregen een realistischer uiterlijk en heel wat scènes moesten worden overgedaan. Net zoals de beslissing om het wat zweverige kleiverhaal te omkaderen met de realiteit, was dat de juiste keuze. Ondanks de gelijkenissen beklemtonen de stijl én het kleurgebruik het contrast tussen de raamvertelling en het kleiverhaal, tussen de echte wereld en de fantasie. 

Team Zwanger

Leroy raakt in het boek niet alleen de "technische" aspecten aan van een kunstmatige bevruchting, maar ook de emotionele en morele. Zo blijken heel wat van hun familieleden en vrienden vruchtbaarheidsproblemen te hebben — een teken des tijds en milieuvervuiling? — maar blijft er een taboe over bestaan, het gevolg van vooral mannelijke trots. Het boek is af en toe werkelijk ontroerend (bijvoorbeeld bij de miskraam), maar brengt ook wel eens een luchtige, humoristische noot (de spermadonatie: altijd weird, zeker met gebabbel in de wachtkamer op de achtergrond). Ook de druk die zo’n traject op de relatie legt — die alleen uit eerste hand aangevoeld kon worden — komt aan bod. Een en ander geeft het boek een doorleefd en authentiek cachet, waarbij de lezer niet anders kan dan voluit voor Team Zwanger te supporteren.

Nog een plus is dat het boek verdergaat dan louter de lastige kinderwens. Door dieper in te gaan op de kwestie "tweede kind", waarbij de afweging gemaakt moet worden tussen die lijdensweg nog een keer doormaken en een zielig kind alleen, is het boek uiteindelijk meer dan een getuigenis over een icsi-behandeling. Het geeft ook een algemene levensles: een wonder kun je niet altijd herhalen, soms zijn de dingen zoals ze zijn. En soms niet: het wonder van de geboorte bij vruchtbaarheidsproblemen is net het bewijs dat je je er niet altijd bij moet neerleggen. Aan de lezer om zelf de keuze te maken.  

Een Kind van Klei verscheen op 2 oktober 2024 bij Standaard Uitgeverij. Het album telt 280 pagina's, hardcover, 34,99 euro.

Op www.benjaminleroy.be verschaft Benjamin Leroy je een making-of aan de hand van een tijdlijn die in 2012 begint bij de geboorte van zijn zoon.

Andere (moeizame) kinderwensen

In Een Kind van Klei getuigt Benjamin Leroy over een kinderwens die niet meteen concreet lukt. Het is geen thema waar duizenden stripverhalen over zijn verteld. Ons rondje thematisch verwante strips over kinderwensen bevat zorgelijke zwangerschappen, ingebeelde baby's, sterrenkindjes en adoptie.

De Buik Vol (Claire Bretécher, Xtra, 2010)

"In De Buik Vol schetst Claire Bretécher de verwarring die een zwangere buik aanricht. Op hilarische wijze toont ze de onnavolgbare logica van moeders in spe, het nerveuze gedrag van aanstaande vaders en de randverschijnselen van het zwangerschapscircus. De spreekwoordelijke roze wolk kleurt soms vervaarlijk donkergrijs. De lusten en lasten van zwangerschap gaan niet altijd gelijk op, maar het helpt als je erom kunt lachen!"

Lydie (Jordi Lafebre + Zidrou, Dargaud, 2010)

Met deze strip volgde niet alleen een vruchtbare samenwerking tussen Jordi Lafebre en Zidrou, die daarna nog het tweeluik La Mondaine en vooral de reeks Mooie Zomers maakten, het betekende voor Zidrou ook een nieuwe weg in zijn carrière als een veelgevraagd en geliefde scenarist van kleinmenselijke drama's. Lydie was meteen een voltreffer, een emotioneel topalbum.

Voor onderstaand fragment uit onze bespreking worden we zelf wat emotioneel, want die is geschreven door Erik Hubrechsen. Hij was een van onze meest enthousiaste medewerkers, een geweldige "gozer", en hij kon zijn passie voor strips ook etaleren in zijn besprekingen. Hij stierf in 2012.

"Soms verschijnen er stripalbums die je tijdens het lezen de hele tijd een dikke glimlach bezorgen. Met het one-shot Lydie van Dargaud is dat zeker het geval. We gaan terug in de tijd (we schatten het op de jaren 1920-1930) en maken het wel en wee mee van een kleine leefgemeenschap die in een doodlopende steeg woont. Iedereen kent elkaar en let dus ook op elkaar. Het leven gaat er gezapig verder totdat de wat simpele Camille bevalt van een dochtertje. Het kind wordt dood geboren, maar Camille beweert na twee maanden dat ze gewoon nog leeft, en loopt met haar imaginaire kind rond. Op dat moment laat deze gemeenschap zich van zijn sterkste kant zien. Collectief besluiten ze mee te gaan in deze fantasie die Camille zo gelukkig maakt. En dat neemt na verloop van tijd steeds grotere vormen aan.

Lydie is een heerlijke feelgoodstrip waarin mensen elkaar hun eigenaardigheden gunnen en waarin de personages ervoor kiezen dat GOED doen eigenlijk net zo gemakkelijk is als GEMEEN zijn, en ook dat dit de saamhorigheid versterkt. In de huidige tijd zou je het bijna een moralistisch statement kunnen noemen, maar dan wel eentje waarvan we in ons hart vinden, dat dit de wereld weer wat beter zou maken."

De Adoptie (Arno Monin + Zidrou, Saga Uitgaven, sinds 2016, reeks loopt nog)

Sinds 2016 loopt de reeks De Adoptie, alweer op scenario van Zidrou. Na twee tweeluiken met elk een ander adoptieverhaal verschijnt in 2025 een compleet verhaal in één album bij Saga Uitgaven.

Uit onze bespreking van deel 1: "8,4: een getal, een komma, een ander getal. Wat cijfers voor de ene, een ramp voor de andere. 37.559 slachtoffers maakte de zware aardbeving in Peru. Op zulke momenten dank je de hemel dat je met je reet niet boven de breuklijn zit en je draait de pagina van je krant om. Het leven gaat verder. Hé, het gaat morgen regenen. Maar dan sta je plots in de luchthaven. De vrienden van je zoon en schoondochter hebben ballonnen en speelgoed vast. Onnozelaars. Plots gaan de schuifdeuren open. Een vierjarig meisje aan de hand van je zoon en schoondochter kijkt beduusd rond. Wat is ze klein. Ja, ze hebben altijd gezegd dat Kerst vieren geen zin heeft als je geen kinderen hebt... Maar om dan op hun leeftijd nog een Peruaans weeskind te adopteren? Gek zijn ze. Qinaya heet ze. Qinaya Van Oosterbeek. Pff. Maar zoals dat gaat in de mooiste sprookjes groeien de kersverse opa Gabriël en de kleine Qinaya naar elkaar toe. De norse brombeer smelt."

Uit onze bespreking van deel 3: "Scenarist Zidrou koos voor de tweede cyclus van De Adoptie een nieuwe invalshoek. Moeilijk is dat niet. Elke adoptie is een intens verhaal dat verdient verteld te worden. Zonder grote woorden en avonturen leven we mee met de Guitry's. Met de beste bedoelingen en ook wat voor zichzelf en de goegemeente, hebben ze een tienjarige jongen met een enorme rugzak ellende in huis genomen. Ze hadden het te romantisch voorgesteld. Je ziet hen struikelen, aftasten en zoeken naar een opening. Die extra mijl leggen ze echter toch niet af. Dit worstelproces wordt geweldig mooi in beeld gebracht door Arno Monin. Omdat Wajdi enkel Arabisch spreekt, werkt hij volop met expressies die hij wat uitvergroot. Net niet karikaturaal, maar wel effectief. Je voelt de woede, stress en angst in de tekeningen sluipen. En dan is er die kenmerkende pastelinkleuring van de reeks. Alles aan het verhaal smeekt om schreeuwerige kleuren, maar net dat pastel geeft de beste bedoelingen van de adoptiefamilie het best weer."

Horizontaal: Dagboek van een Uitgestrekte Zwangerschap (Jan Bosschaert + Zidrou, Le Lombard, 2018)

"Nathalie en Arthur zijn in blije verwachting van een broertje of een zusje voor hun dochtertje Samantha. Op kerstavond vertellen ze het heuglijke nieuws aan de trotse grootouders. Het glas wordt geheven en dan verliest Nathalie plots wat bloed. Zwangerschapscomplicaties! Ze moet de rest van de zwangerschap platte rust houden en is veroordeeld tot kruiswoordpuzzels en bingewatchen. Om helemaal gek van te worden!"

Jaar Nul (Frenk Meeuwsen, Sherpa, 2021)

Uit onze bespreking: "Jaar Nul is de tweede graphic novel geschreven en getekend door Frenk Meeuwsen na zijn debuutalbum Zen zonder Meester. Nederlander Meeuwsen is in Vlaanderen minder bekend, maar hij verdient alle aandacht. In het semi-autobiografische Jaar Nul voert hij zichzelf op als Frenkel en doet hij uit de doeken hoe hij met zijn vriendin Zaza beslist om een kindje op de wereld te zetten, als blijk voor hun liefde voor elkaar. De beslissing was met overtuiging genomen, maar twijfel sloop soms naderbij. Er is enerzijds hun leeftijdsverschil — hij is bijna vijftig en zij net dertig — en anderzijds het risico op een kindje met autisme, Asperger of iets anders.

Als lezer ben je toeschouwer bij deze belangrijke periode in het leven van Frenkel en Zaza, opgedeeld in vier fasen: eerst een beroepshalve periode in Parijs, waar de beslissing rijpt, vervolgens de terugkeer naar Nederland, waar bedenkingen te horen zijn van hun naaste omgeving en we vooral ook de fysieke ongemakken voor de vrouw te zien krijgen van een zwangerschap. Fase 3 laat de opvang en verblijf in het ziekenhuis en de keizersnede zien. Tenslotte in fase 4, terug thuis, is het duidelijk dat het hele leven moet aangepast worden aan een nieuwe hoofdrolspeler, zoontje Rufus."

Onderstroom (Carole Maurel + Ingrid Chabbert, Daedalus, 2024)

Uit onze bespreking: "En dan vallen de gesprekken plots stil... Terwijl er net nog vrolijk kiekjes van pasgeboren ukjes rondgingen en een trotse papa fier de eerste stapjes van zijn jongste op de smartphone showde, heeft een koppel onverwacht de olifant in de kamer benoemd: bij hen lukt het niet. Hún kinderwens zal nooit vervuld raken... Maar wacht? Zij waren toch de eersten met een elektrische auto? En iedereen was toch jaloers op de exotische reizen die ze elk jaar maakten? Maar al die jaren met IVF-behandelingen en hormonenkuren, het sprankeltje hoop dat elke keer weer de kop ingedrukt wordt... daar praat je niet graag over... Het moet vooral gezellig blijven...

Jeugdboekenschrijfster Ingrid Chabbert heeft het allemaal zelf meegemaakt. Na verschillende pogingen verliezen zij en haar vrouw in 2009 hun baby van de laatste kans. In deze Onderstroom beschrijft ze heel sereen wat er allemaal door haar lijf gierde in die periode. Op een heel open — soms poëtische, dan weer onderkoelde — manier legt ze haar hart bloot en schetst ze haar ervaringen met dokters, ziekenhuizen, psychologen en de druk die het op haar relatie heeft gezet.

Un Bébé Nommé Désir (Pauline Aubry + Fanny Lesbros, Steinkis, 2019, niet vertaald)

Een reportage in stripvorm.

Februari 2013. Het debat over huwelijk voor iedereen is in volle gang in Frankrijk. Fanny is door haar krant gestuurd om verslag te doen van demonstraties voor het recht op huwelijk, adoptie en MAP (medisch geassisteerde voortplanting voor álle burgers, ongeacht hun seksuele voorkeur. Tegelijkertijd mislukt de laatste MAP van haar homoseksuele beste vriendin... en Fanny verneemt dat ze zelf zwanger is. Geconfronteerd met deze drievoudige situatie stort Fanny zich in een overpeinzing over het verlangen naar een kind. Negen maanden lang, terwijl haar eigen zwangerschap vordert, ontmoet ze getuigen en deskundigen. Dat zijn gezinnen met homoseksuele partners, koppels die worstelen met onvruchtbaarheid, Yvonne Knibiehler (historica van de vrouw en het moederschap), René Frydman (gynaecoloog en initiatiefneemster van de eerste reageerbuisbaby), Boris Cyrulnik (dokter, psychiater en in Frankrijk ontwikkelaar van psychologische veerkracht)... Je leert ook over GINKs (Green Inclination No Kid), oftewel vrouwen die uit ecologische overtuigingen geen kinderen op deze planeet willen zetten.

Two-Week Wait: An IVF Story (Mara Wild + Luke C. Jackson en Kelly Jackson, Scrible, 2021, niet vertaald)

Het Australische echtpaar Luke (een film- en gamemaker) en Kelly Jackson (een kunst- en tekenlerares) putte voor deze graphic novel uit hun eigen ervaringen met IVF, een methode om zwanger te worden voor één op vijftig koppels. Nadat ze beslisten om er een strip over te schrijven, legden ze interviews af met andere stellen die via IVF zwanger probeerden te raken. In andere gevallen werden ze zelf benaderd door mensen die hun verhaal aan hen kwijt wilden. Uit al die informatie, het ruwe materiaal, en hun eigen ervaringen zochten ze naar de overeenkomsten met zowel onvergetelijke, grappige en pijnlijke momenten. De tekeningen lieten ze over aan de Duitse tekenaar Mara Wild die Luke in Melbourne ontmoette toen ze bij hem les volgde. Two-Week Wait was in 2021 de allereerste strip van de Australische uitgeverij Scribe.

Over het verhaal: Conrad en Joanne ontmoetten elkaar in hun laatste jaar aan de universiteit en zijn sindsdien vrijwel onafscheidelijk. Een tijd lang voelde het alsof ze alle tijd van de wereld hadden. Maar nu ze eindelijk klaar zijn om kinderen te krijgen, merken ze dat zwanger worden niet altijd even gemakkelijk is. Er ligt een moeilijke, dure en emotionele reis voor hen in het verschiet in de wereld van de geassisteerde vruchtbaarheid, waar elke "succesvolle" implantatie wordt gevolgd door een wachttijd van twee weken om te zien of de zwangerschap doorzet. Volg in deze 160 pagina's tellende strip Joanne en Conrad, hun vrienden, familie, collega's en een stroom deskundige medici terwijl ze de hoogte- en dieptepunten, met een lach en een traan, ervaren in dit gevoelige maar onverbloemde portret van de hoop en het hartzeer die de moderne geneeskunde zovelen biedt.

 

Catalogue Baby: A Memoir of (In)fertility (Christache + Myriam Steinberg, Page Two, 2021, niet vertaald)

Enkele maanden nadat de alleenstaande vrouw Myriam Steinberg veertig werd, besloot ze dat ze niet langer kon wachten om moeder te worden. Ze nam de moeilijke beslissing om zonder partner een kind te verwekken. Met haar familie en vrienden als steun koos ze een spermadonor en ging ze ervoor. Maar Myriams reis was verre van eenvoudig. Ze beleefde de opwindende hoogtepunten en verwoestende dieptepunten van zwanger worden en vervolgens het verliezen van haar baby's. Ze worstelde met de beslissing om een donor te kiezen of te kiezen voor een medische procedure. Ze ondervond aan den lijve de stilte, eenzaamheid en taboes die gepaard gaan met het verlies van een foetus. Omdat ze niet bang was om haar ervaringen openbaar te maken, merkte ze dat vrienden en vreemden hun eigen vruchtbaarheidsverhalen met haar begonnen te delen. Hoewel het gebrek aan begrip en taal rondom foetaal verlies en rouw het vaak erg moeilijk maakte om door het dagelijks leven te navigeren, vond ze toch troost in de gemeenschap om haar heen die haar steunde tijdens haar reis. Door alles heen bleef Myriam hoopvol en in Catalogue Baby deelt ze haar verhaal zonder schroom met wrange humor, eerlijkheid en moed. 

L’Or du Soir qui Tombe: Parents d’une Étoile (Anne Peuch, Ailes et Graine, 2021, niet vertaald)

In dit stripverhaal over de ouders van een sterrenkindje roept tekenaar Anne Peuch alias Korrig'Anne op een originele en toegankelijke manier de thema's perinatale rouw, rouwverwerking en de adoptie van “andere” kinderen op. 

Het album is geïnspireerd op de eigen ervaring van de tekenaar met het verlies van een zusje. “Het verlies van een kind overkomt niet alleen andere mensen! Met deze strip wil ik een tipje van de sluier oplichten over deze realiteit die zoveel ouders treft, en ze de kans geven om zich uit te drukken via mijn personages. Het gaat erom eindelijk hun stem te horen... maar ook om de weg te tonen, de weg van rouw, van veerkracht, van hoop en van leven", stelde de haar album voor.

Uitgeverij Ailes et Graine is een jaar na de druk van dit album failliet gegaan waardoor de verkoop van dit album was stilgevallen. Sinds begin oktober 2024, is een heruitgave te koop van Le Courrier du Livre, aangevuld met een dossier vol met getuigenissen.
 

Ronan and the Endless Sea of Stars (Lara Abtal + Rick Louis, Harry N. Abrams, 2022, niet vertaald)

Wanneer bij Rick en Emily's zoontje Ronan de ongeneeslijke neurologische aandoening Tay-Sachs wordt vastgesteld, worden ze geconfronteerd met de praktische en emotionele obstakels van het ouderschap en het houden van hun zoontje, ondanks de schaduw van het onvermijdelijke verlies. Rick Louis vertelt deze originele grafische memoires en tekenaar Lara Antal vertaalt de ruimte die Ronan inneemt voor, tijdens en na zijn leven. Ze gebruikt fantasie en verbeelding om de bizarre, hartverscheurende en soms zelfs dwaze realiteit uit te drukken van mensen die plotseling gevangen zitten in een onmogelijke situatie.

1 of 13